Praktijk Bloei in Castricum

Ivonne in Educare

Uit: "EDUCARE", maandblad over leven en leren met kinderen, februarinummer 2008


Ivonne Vlaarkamp heeft door haar opleiding tot holistisch (kinder)therapeute een andere kijk op haar werk als lerares basisonderwijs gekregen. ‘Passend onderwijs’ is de norm waar basisscholen nu en in de toekomst aan moeten werken. Tijd om die term eens nader te bekijken.

Hoe passend maak jij onderwijs?

Het bouwpakket van de nieuwe slaapkamerkast ligt midden in de kamer. We zitten er met het hele gezin om heen: mijn man, onze twee tieners en ik. Ik heb de bijbehorende werktekening in mijn hand. “Ik zal even kijken waar we moeten beginnen, jongens” zeg ik en begin de tekst hardop voor te lezen. Mijn man scheurt alvast het pakket open en begint direct stukken hout tegen elkaar aan te leggen. De schroeven heeft hij al in zijn hand. Onze zoon pakt de werkbeschrijving uit mijn handen. “Je hoeft niet alles voor te lezen, mam ! Je kijkt gewoon goed naar de tekening, zo simpel!”. Onze dochter volgt intussen het voorbeeld van vader: ze legt soortgelijke stukken hout tegen elkaar en vergelijkt dit met haar vaders werk. Vier mensen, vier manieren (of werkwijzen) om de kast in elkaar te zetten.

Iedereen heeft een favoriete aanpak voor het oplossen van problemen. Iedereen heeft ook een favoriete manier van leren. Volgens de leerstijlentheorie van de Amerikaanse psycholoog Kolb zijn er vier manieren van leren: als Doener, als Dromer, als Denker of als Beslisser
-concreet ervaren (doener)
-waarnemen en overdenken(dromer of bezinner)
-analyseren en abstract denken (denker)
-actief experimenteren (beslisser)

Kolb betoogt dat mensen een voorkeur voor een van de vier leerstijlen hebben. Het is de stijl waarmee zij (vaak onbewust) het eerst beginnen en waaraan ze de meeste tijd besteden. De ene leerstijl is niet beter dan de andere en vaak hebben mensen meer dan één leerstijl. Voor een ideaal leermodel zouden alle stijlen moeten worden doorlopen. Dan zou je werkelijk leren van je ervaringen en deze ervaring weer gebruiken om verder te leren! Langzamerhand breekt dit inzicht in het onderwijs door en er wordt meer en meer rekening mee gehouden.


Vensters op de wereld

Naast het werken met de leerstijlen kun je ook kijken naar de verschillende waarnemingsgebieden. Dit zijn verschillende ingangen om te leren, onze vensters op de wereld. We kunnen ze benoemen als Body, Mind, Spirit en Soul (Frédéric Abbají in ´SIWEB, De ervaring van Leven´). De Engelse termen worden gebruikt omdat ze meer omvatten dan de Nederlandse vertaling.

Body is het gebied van waarneming door middel van het lichaam, de zintuigen. (Ik ruik, hoor, proef, voel, zie).

Mind is het gebied van waarneming met het hoofd, het denkgebied. (Ik denk)

Spirit is het gebied van waarneming waarbij het doel een belangrijke rol speelt, waarnemen met intentie en overtuiging. (Ik wil)

Tot slot is Soul het gebied van waarneming waarbij de emoties geprikkeld worden, de interesse gewekt wordt doordat men door iets geraakt wordt. (Ik voel)


Niet alleen met het hoofd

Op reguliere basisscholen wordt de leerstof in groep 3 tot en met 8 voor 90% als Mind-waarneming aangeboden. Dat is heel jammer voor de grote groep die dat gebied niet als favoriete ingang heeft! In de kleutergroepen wordt er doorgaans wel met alle waarnemings- of ervaringsgebieden gewerkt. Blijkbaar wordt dat voor de hogere groepen niet meer van belang gevonden of als tijdverspilling gezien. Het leerrendement zou vele malen hoger zijn als er in de methodes en in de manier van lesgeven rekening gehouden werd met deze verschillende ´prikkelgebieden´. Stel dat je met de kinderen een les wil geven over ´Kastelen in de Middeleeuwen´ dan zou je met de waarnemingsgebieden in gedachten je les kunnen voorbereiden. Een aantal kinderen zou een kasteel kunnen bouwen van lego of ander materiaal, eventueel met een plaatje of foto als voorbeeld. Een andere groep kinderen zou van alles over kastelen op het internet kunnen opzoeken, of in het documentatiecentrum. Een volgende groep zou een spreekbeurt kunnen voorbereiden, of een tentoonstelling met allerlei foto’s, boeken, muziekinstrumenten en voorwerpen die iets met het onderwerp te maken hebben. De laatste groep zou het leven op een kasteel kunnen uitbeelden in een toneelstukje of er over kunnen schilderen, dansen of muziek maken. Uiteindelijk kunnen de kinderen aan elkaar presenteren wat ze te weten gekomen zijn over de kastelen in de Middeleeuwen. Kun je je voorstellen hoe sprankelend en interessant de lessen zullen worden? Kun je je voorstellen dat niet een deel van de groep, maar de hele groep leert van deze les en de lesstof onthoudt ? Want dat is toch het uiteindelijke doel van ons onderwijs: op een zinvolle manier zinvolle dingen laten leren. Misschien moet de leerkracht als informatieverstrekker een stapje achteruit doen: leren doe je met heel je lijf en niet alleen met je hoofd. Wedden dat de kinderen enthousiast zijn?


‘Ik zie het kind meer in zijn totaliteit’






“De laatste jaren werd er van hogerhand steeds meer gestuurd naar het eerder en gestructureerd werken aan het voorbereidend lezen, schrijven en rekenen. Daarmee verlies je de natuurlijke ‘rijping’ in dit proces al snel uit het oog. Lichamelijke en geestelijke ontwikkeling gaan hand in hand, je kunt het éen niet zomaar loskoppelen van het ander… Er zal eerst een goede voedingsbodem moeten zijn voordat iets gaat groeien. Bij een meer ‘holistische’ aanpak met oog voor Body, Mind, Spirit en Soul heb ik gemerkt dat het kind meer wordt ‘gezien’ in zijn totaliteit, talenten komen meer in beeld, er is meer diversiteit en er zijn meer kansen om je te ontwikkelen. Door te kijken naar de kwaliteiten van het kind en in te spelen op zijn ‘prikkelgevoeligheid’ of favoriete leer-ingang kun je werkelijk passend onderwijs bieden, ook in de hogere groepen.”


Andere waarneming? Andere ervaring!

De gebieden van waarneming (Body, Mind, Spirit en Soul) leveren alle vier een andere ervaring op. Situaties leveren meestal een mengvorm aan ervaring op. Als je bijvoorbeeld op een boot zit, zullen je zintuigen (Body) vaststellen dat je op een boot zit. De zintuigen geven impulsen aan de hersenen, waardoor je je er ook bewust van zult worden dat je op een boot zit (Mind). Je zult er ook een gevoel bij hebben (Soul), waardoor je het op een boot zitten als prettig of niet prettig zult ervaren. Dit heeft dan weer te maken met je herinneringen aan andere keren dat je op een boot zat. En tot slot zal het ook te maken hebben met het doel (Spirit) waarom je daar zit: is het een pleziertochtje of een zakentrip? Al deze ervaringsvormen bepalen je waarneming. Verandert er iets binnen de ervaringsgebieden, dan verandert de hele ervaring. Als je zeeziek wordt, zul je je later niets meer herinneren van het mooie uitzicht! Hoe meer ervaringsgebieden geprikkeld worden, hoe steviger de situatie beleefd zal worden en hoe meer herinnering er zal zijn. Zo geldt het ook voor het onderwijs: hoe meervoudiger de lesstof beleefd wordt, hoe meer het kind ervan zal opsteken! Om te leren is vooral de Soul-ervaring doorslaggevend. Natuurlijk, het lezen en begrijpen gebeurt in Mind, maar het opslaan in de herinnering is een Soul-aspect. Hierbij speelt de emotionele stimulans dus een grote rol! In oude onderwijssystemen werd de tucht en straf hiervoor gebruikt. Tegenwoordig zoeken we het liever in enthousiasme en geboeidheid!

Tips

-Laat ‘springen’ op sommen. Een grote sprong vooruit is 10 erbij,
een stap achteruit is 1 eraf.

-Laat kinderen met rechte en gebogen vormen, bijvoorbeeld van chenilledraad, zelf tot cijfer- en lettervormen komen. Het levendig aanbieden van de symbolen van het rekenen, lezen en schrijven is van belang voor het verinnerlijken van deze symbolen)

- Laat voor de activering van beide hersenhelften de lemniscaat tekenen, ook met beide handen, laat hem ‘nalopen’ op een voorgeplakte vorm, laat een groepje erop lopen waardoor er gekruist moet worden. Maak gebruik van verhalen, geluiden (regen, onweer, stromend water, muziek) en laat dit tegelijkertijd op papier tot uitdrukking komen. Met beide handen.

-Leer handgebaren aan ter ondersteuning van het letter-of cijferbegrip.

-Laat letters uitbeelden met het lichaam door twee of meer kinderen.

-ga filosoferen met kinderen. Zo leren ze hun mening te uiten, stelling te nemen en te luisteren naar andere meningen.

-laat leersituaties uitbeelden d.m.v. rollenspel of poppenkastspel.

-vertel sprookjes, zij kunnen een “blauwdruk”zijn voor het vormen van normen en waarden.

-geef eens een gezongen opdracht of klap een ritme ter ondersteuning van taal.  

-laat sterke, ononderbroken lijnen tekenen en inkleuren, dit

ondersteunt het IK-gevoel.


-gebruik eens foto’s van onbekende mensen of een voorwerp en

laat daar een verhaal over schrijven.


-laat een Persoonlijk Ontwikkel Plan maken, door middel hiervan

leert het kind keuzes maken en het geeft persoonlijke sturing.


Meer weten?


Holistisch (kinder)therapeute en leerkracht basisonderwijs Ivonne Vlaarkamp

Praktijk Bloei, Castricum


www.praktijkbloei.nu


info@praktijkbloei.nu



Bronvermelding: “SIWEB, de ervaring van Leven”

Frédéric Abbají, De Shu’em Press





Terug naar boven